Tja, zo is hij gewoon…

Dat is wat ze over je zeggen als je het merendeel van de tijd stil bent, niet gek doet of niet bijzonder veel zin hebt in socialiseren.

Je bent wel echt een beetje saai, hé?

Dat is de vraag die je vaak gesteld krijgt op avonden waarop je liever niet wilt stappen, geen zin hebt in verjaardagen of om überhaupt met iemand af te spreken.

Als je een ziekte hebt die zich fysiek uit, is er geen gebrek aan medelijden van je omgeving. Medelijden is ook niet waar je op hoopt, maar je zou een moord doen voor een beetje begrip.

Als je regelmatig migraine hebt, begrijpt men dat je niet naar een concert kan. Als je longontsteking hebt hoef je niet uit te leggen waarom je met oudejaarsavond met vier graden onder nul niet buiten wilt lopen.

Maar als je chronisch depressief bent, is het een heel ander verhaal. Alles is dan een ander verhaal.

Ik schrijf dit artikel niet om zieltjes te winnen. Ik schrijf het ook niet omdat ik medelijden, bewondering of respect van je wil. Laten we elkaar die moeite besparen. Dat is oprecht het laatste waar ik het voor doe.

Ik kan inmiddels met volle overtuiging zeggen dat ik werkelijk waar nergens meer last van heb en het licht zegeviert. Ik weet dat als ik het kan, vele anderen het ook kunnen. Het voelt daarom bijna als een verplichting om dit verhaal beknopt en samengevat (ik bespaar je veel details) hier neer te zetten, omdat misschien één lezer er iets aan heeft.

Als één iemand hier iets aan heeft, is het mijn tijd dubbel en dwars waard geweest.

Depressie in het kort

Depressie is lastig. Lastig om te herkennen, zowel voor jezelf als voor anderen. Steeds meer mensen voelen de continue druk van het leven in de 21ste eeuw. De continue drang om te moeten presteren. Jezelf te vergelijken met iedereen om je heen.

Een langdurige somberheid wordt al snel depressie genoemd, zeker door iemand die minder belastbaar is. En met de opkomst van de burn-out als dé trend van 2017, is onderscheid maken tussen een depressie of jezelf gewoon kut voelen nog lastiger.

Iemand beschreef ooit een depressie als volgt en dat is mij altijd goed bijgebleven:

Een depressie voelt alsof je verdrinkt, terwijl je iedereen om je heen ziet ademhalen.

Iedereen heeft goede en slechte dagen.

Iedereen.

Behalve mensen die depressief zijn.

Bij depressie heb je slechte dagen en betere dagen. Maar geen goede.

Ken je dat gevoel dat je een enorme uitdaging aan moet gaan? Het gevoel dat je jezelf echt moet pushen om een bepaalde beslissing te maken, zoals je ontslag indienen bij een manager die je eigenlijk graag mag of het beëindigen van een langdurige relatie?

Bij een ernstige depressie voelt opstaan uit je bed hetzelfde als een dergelijk besluit moeten nemen. Elke dag weer. Elke seconde van de dag.

Het is alsof elke dag van de week je hond overlijdt.

Dat is vermoeiend en je belandt heel snel in een vicieuze cirkel. Je weet dat in bed liggen of op de bank hangen je uiteindelijk een slecht gevoel geeft. Je takelt af, je voelt je schuldig naar jezelf en anderen toe, maar je bent letterlijk niet in staat om er iets aan te veranderen, omdat het simpelweg veel te veel moeite kost.

Hoe het allemaal begon, waarschijnlijk

Bij een acute depressie, zoals na een ernstig ongeval of na het verliezen van een dierbare vaak voorkomt, is de oorzaak overduidelijk. Daar kun je niet omheen.

Maar dat is niet altijd zo. Je kunt er genetische aanleg voor hebben en er steeds een beetje bij beetje inrollen. Als je niet de kennis hebt om te herkennen wat er gebeurt, kun je uiteindelijk op een punt komen dat teruggaan onmogelijk is.

Of in ieder geval onmogelijk lijkt. En dat het zo lijkt, is uiteindelijk waar het om gaat.

Perceptie is realiteit.

Ik heb geen slechte jeugd gehad, verre van, maar elke familie heeft problemen. We maken onszelf graag wijs dat wij de uitzondering zijn, maar dat zijn we niet.

Toen ik opgroeide hadden mijn broertje en ik veel te maken met alcoholisme, verbaal geweld, emotionele misbruik en een enkele keer huiselijk geweld. Niets ervan naar ons toe, maar alles tussen onze ouders.

Dat maakt als kind indruk op je. Je bent op die leeftijd nog niet gewapend met iets dat sterk genoeg is om jezelf daar tegen te verdedigen.

Je praat er veel over met elkaar en je moeder, maar als kind regelmatig met je neus op de keiharde feiten van het leven gedrukt worden, pakt niet altijd goed uit.

Vanaf de middelbare school was ik een ramp. Het voordeel van vroeg leren dat het leven niet altijd over regenboogjes gaat, is dat als je gepest wordt makkelijker kunt relativeren. Als jonge jongens je graag kankerjood of gay noemen elke kans die ze krijgen, raakt je dat al een stuk minder. Je weet dat er serieuzere problemen zijn die opgelost moeten worden.

Maar je gaat – niet heel verrassend – veel situaties uit de weg en isoleert jezelf. De veiligste en meest comfortabele plek bevind je je in zodra je je afsluit voor de buitenwereld.

Studeren en huiswerk maken waren voor mij verschrikkelijk. Ik heb niet het idee dat ik daar de uitzondering in was. Bijna niemand vond huiswerk maken leuk. Maar ik had inmiddels als verdedigingsmechanisme voor alles vluchtgedrag aangeleerd. Ik had daarom altijd honderden spijbeluren per jaar en heb werkelijk geen minuut geleerd. Je komt behoorlijk ver met spiekbriefjes of even snel de boeken doornemen voordat je aan een examen of tentamen begint.

Op een bepaalde leeftijd merk je dat je anders bent dan veel anderen. Activiteiten waar je leeftijdsgenoten aan deelnemen, films die zij kijken, muziek die zij luisteren, is opvallend anders dan wat je zelf gewend bent.

Nog een uitstekende reden om jezelf zo veel mogelijk af te zonderen van de rest.

Een introvert zijn die graag op zichzelf is, is geen probleem an sich.

Het wordt een probleem als je het merendeel van de dag bezig bent in je eigen hoofd. Als de verhalen die je jezelf vertelt over jezelf, je situatie, je toekomst en je verleden een negatieve lading krijgen.

Zodra je innerlijke monoloog niet volledig achter jou als persoon staat, slaat het gevoel van eenzaamheid toe. Alsof er iets, of iemand, in je is geboren die het stuur van je overneemt en alles wat je bent beetje bij beetje wegneemt.

En zodra eenzaamheid toeslaat, ga je actief op zoek naar externe oplossingen. Iets of iemand die de leegte opvult. Al is het maar tijdelijk.

Je kunt het zoeken bij alcohol, drugs, seks, gamen, gokken, uitproberen van verschillende identiteiten, sporten of een combinatie van die dingen.

Hopend dat je iets vindt waar je bij kunt horen of iets dat je tijdelijk verdooft zodat je niet naar jezelf hoeft te luisteren.

Iets dat je het gevoel geeft dat je er toe doet of dat je ergens goed in bent.

En dan vindt je iets waar je van houdt..

En dat is ondernemen.

Dat is waar die onzekerheid opeens verandert in een sterkte, in plaats van een zwakte.

Kan ik mijn eigen website bouwen? Kan ik producten verkopen aan mensen? Kan ik mensen veranderen? Kan ik video’s opnemen? Kan ik voor een grote groep mensen spreken?

Die vragen ontstaan uit onzekerheid en als je nieuwsgierig genoeg bent om de antwoorden erop te achterhalen, zet je ontwikkeling in gang.

En die zelfontwikkeling zorgt voor resultaat. In de vorm van geld, lezers van je blog, volgers op je sociale media, etc.

Maar dat gebeurt niet binnen een dag.

Zodra je iets vindt waar je van houdt. Echt van houdt en iets dat je elke dag wilt doen, voor de rest van je leven, wed je al je geld op dat paard.

Je gaat all-in.

Je wordt hoopvol en krijgt verwachtingen. En dat is een probleem.

Van 2010 tot en met 2015 verdiende ik ongeveer 500 a 1500 euro per maand. Bruto. Daar kun je op zich mee rondkomen, dat is mij ook gelukt, maar het is vrij lastig als je samenwoont, op vakantie wilt, cadeaus wilt kopen voor de mensen in je omgeving en van vrienden te horen krijgt dat je kleding er niet uitziet (maar gewoon geen nieuwe kleding kan betalen).

En als je na al die jaren eindelijk een reden vindt om elke dag uit bed te komen alleen maar om erachter te komen dat je er fucking slecht in bent, dan komt dat hard aan.

Keihard.

Als je jaar in, jaar uit, gevoelsmatig faalt, probeer dan maar een reden te vinden om door te blijven gaan.

Als je niet doet waar je van houdt, hou je het nooit vol

Dat is een quote die je regelmatig voorbij ziet komen. Steve Jobs zei iets soortgelijks en velen anderen met hem.

Je bereikt op een gegeven moment een punt waarop je je realiseert dat al die externe bevestiging totaal niet de reden is waarom je doet wat je doet.

Daar waar je als jonge jongen begint met dromen om tienduizenden euro’s per maand binnen te harken, mooie spullen te kopen of dure auto’s te rijden, begrijp je naarmate je jezelf beter leert kennen, dat dat niet is wat je elke dag uit bed sleurt.

Je komt uit bed, omdat je gek bent op het proces.

Je leert om alle tegenslagen niet als negatief te beschouwen, maar als nog meer punten waar je aan kunt werken. En je wilt niet dat al die punten waar je aan moet werken stoppen. Want al die deuken overal uithalen en al die brandjes blussen is het leukste dat er is.

De mogelijkheden om jezelf, de processen binnen je bedrijf, de mensen waar je mee samenwerkt en de lezers op je blog te helpen – beter te maken – zijn eindeloos.

Je hebt letterlijk werk dat je leuk vindt voor de rest van je leven.

Toen dat kwartje jaren geleden viel, veranderde alles.

Je leert van binnenuit naar buiten toe communiceren. Je leert dat je je gedrag en communicatie niet altijd hoeft aan te passen om ervoor te zorgen dat zo veel mogelijk mensen je leuk vinden. Je leert dat je je kunt kleden hoe je zelf wilt, zonder te voldoen aan de mode waar iedereen over een paar jaar toch om lacht. Je leert dat je muzieksmaak, je filmsmaak, je voorkeur voor boeken of hobby’s je helemaal niet raar maken. Het maakt je gewoon jij.

En meer dan dat hoef je niet te zijn, voor niemand niet.

Weet je wat trouwens ook onwijs hielp?

Erover praten

Hoe eenvoudig en afgezaagd dit advies ook is. Er is tegenwoordig geen enkel advies waar ik meer achter sta.

Praat erover.

Ik besef me als geen ander hoe ongelooflijk moeilijk het is om zoiets persoonlijks, iets waar je misschien al jarenlang mee loopt en nog nooit met iemand hebt gedeeld, neer te leggen bij een ander.

Dat is kwetsbaarheid van het allerhoogste niveau tonen en dat vergt grote fucking ballen.

Wat als die persoon je niet serieus neemt? Wat als ze er lacherig over doen, omdat ze geen idee hebben hoe ze erop moeten reageren? Wat als ze tegen je zeggen dat “alles wel goed komt”? Waarom zou je het vertellen, je kan het toch zelf oplossen? Wat als mensen je daarna nog meer vermijden? Wat als ze je als slachtoffer behandelen? Wat als je over een tijdje besluit om naar een psycholoog te gaan, kun je niet beter wachten tot je dat doet?

Ik ken ze allemaal. Al die redenen. En ze bevatten allemaal een kern van waarheid, maar ik sta erop dat je het volgende in overweging moet nemen:

Als je iemand bent of kent die (chronisch) depressief is, praat er dan over. Zonder te oordelen, zonder proberen te helpen, zonder medelijden.

Het beste wat je kunt doen, is iemand het gevoel geven dat er iemand voor ze is. Dat iemand het begrijpt. Begrip is zo ongelooflijk waardevol. Zo verlossend.

Je bent namelijk niet saai. Je bent niet raar. Je bent ziek.

En dat hoeft niet het einde van de wereld te zijn, maar je kan niet altijd alles alleen.

Ik koos ervoor om het jaar in, jaar uit, voor mezelf te houden. Natuurlijk hadden veel mensen het vermoeden. Er zijn personen die denken dat het hun schuld is. Anderen denken dat je hen niet mag. En er zijn mensen, soms vreemden, die het herkennen en je hulp aanbieden.

“Maar wat weten zij nou weer over jou?”, denk je dan, om hulp vervolgens af te wijzen of gewoon te negeren.

Ik zag hoe mijn vader werd behandeld nadat bij hem bekend werd dat hij al jaren een chronische depressie had. Hij werd zielig gevonden. Al zijn negatieve eigenschappen waren een gevolg van zijn depressie. Hij was een slachtoffer.

Ik haat een slachtofferrol aannemen. Ik heb een hekel aan medelijden. Daarom hield ik het lekker bij me. Je komt er zelf wel uit denk je, maar je bent helaas niet altijd zo sterk als je wilt zijn.

Toen ik voor het eerst de woorden uitsprak, begreep ik voor het eerst wat de uitspraak “een last van je schouders af laten vallen” betekende. Ik voelde me letterlijk tien kilo lichter. Alsof ik voor het eerst in jaren weer kon ademen.

Niet omdat daarmee alles verholpen is, maar omdat je je in bepaalde situaties beter begrepen voelt. Omdat anderen je daadwerkelijk beter begrijpen.

Achteraf heb ik natuurlijk makkelijk praten en ik begrijp dat dit niet grote hoeveelheden mensen zal helpen. Het is namelijk niet onbelangrijk met wie je je problemen bespreekt en bij wie je hulp zoekt.

Ik heb het geluk dat ik een vriendin en groep vrienden heb waar ik voor alle problemen bij terecht kan. En andersom ook.

Het beste advies krijg je van mensen die je echt kennen en altijd in jouw belang zullen adviseren. Niet mensen die altijd tegen je zeggen wat je wilt horen, maar wat je moet horen. Wat behulpzaam is.

En mochten je vrienden, ouders of je partner je niet kunnen helpen, omdat zij zich geen raad met de situatie weten, is het in ieder geval prettig om je gehoord te voelen. Wetende dat ze niet weer raar opkijken of over je oordelen als je geen zin hebt om de deur uit te gaan.

Als je het gevoel hebt dat je binnen je eigen netwerk niet terecht kan bij iemand, zoek dan de hulp van een professional. Depressie komt heel veel voor, maar een grote hoeveelheid mensen wordt ook daadwerkelijk geholpen.

Je bent niet uniek. Je situatie is hoogst waarschijnlijk niet uniek. Ongeacht wat je jezelf wijsmaakt.

Alle kleine dingen waar je je nu ellendig door voelt, kun je weer leuk gaan vinden.

Alle mensen die je nu vermijdt, kun je weer leuke avonden mee beleven.

Ook jij kunt weer naar het wateroppervlak zwemmen en weer ademhalen zoals de rest van ons.

Author

5 Comments

  1. Yassine

    Respect dat je dit deelt en mensen hiermee helpt. Ik heb er in ieder geval wat aan gehad. Dank je wel.

  2. Heel veel respect voor het delen van je verhaal.
    Mijn vrouw kamt is “bestempeld” met overspannen, omdat burnout/depressie volgens doktoren niet als een ziektebeeld word gezien, of in ieder geval niet voor de werkgevers, waardoor ze nu wel thuis aan herstel kan werken.

    Door jou verhaal kan ik haar misschien beter gaan begrijpen, want als iemand die leeft met iemand die het heeft, is het moeilijk te begrijpen.
    Enige wat ik vaak kan doen is een luisterend oor bieden.

    Ze krijgt gelukkig ook professionele hulp.