Geluk is lastig te definiëren. Daarnaast ook contextgebonden. Geluk is – in tegenstelling tot wat je neigt te geloven of voelen – niet het uiterste van een spectrum, maar het spectrum zelf. Het is daarmee ook geen einddoel. Althans, geen gepast of realistisch einddoel. We hebben altijd een primitieve behoefte aan patronen. Aan orde. Het is makkelijker om jezelf als ‘gelukkig’ of ‘ongelukkig’ te zien, in plaats van jaar in, jaar uit, na een talloze uren aan zelfreflectie, het volledige spectrum tussen euforie en de regelrechte hel te ervaren en hopelijk te begrijpen.
Orde is de staat van leven waarin de handelingen die je verricht, op basis van de plannen die je maakt, de resultaten die je verwacht en wilt als gevolg heeft. Chaos ontstaat op het moment dat de uitkomst anders is dan je verwacht. Dan waar je je op hebt voorbereid. En dat kan catastrofale gevolgen hebben. Want als je niet weet wat er gebeurt, en waarom je je nu in deze situatie bevindt, weet je ook niet wat je nog meer kunt verwachten. Je weet niet waar je je nog op voor moet bereiden, dus bereid je je voor op alle mogelijke opties die je je kunt bedenken. En afhankelijk van hoe creatief je bent, zijn dat er heel veel. Je wordt over-voorbereid. Een symptoom van onzekerheid. Extreme stress en overbelastbaarheid kunnen dan niet uitblijven.
Men gebruikt de term ‘relativeren’ maar al te graag tegenwoordig. “Je moet gewoon relativeren”. Relativeren is de illusie omarmen dat je weet hoe slecht het zou kunnen zijn, maar jezelf wijsmaken dat je het zó slecht nóg niet hebt. Dat zou tot een openbaring en een toename van geluksgevoel moeten leiden. In de realiteit vergelijk je het nu met wat ooit is geweest of met het beeld dat je van de toekomst hebt. Vergelijken heeft echter weinig zin, omdat we het vermogen hebben structureel onze baseline te verhogen of te verlagen. Daarnaast is het merendeel van onze herinneringen onnauwkeurig. De meeste herinneringen die we hebben aan momenten uit het verleden zijn totaal niet gebeurd zoals we denken. Herinneringen zijn gedachten in het nu, over momenten uit het verleden. Herinneringen zijn geen glasheldere projecties uit het verleden die we uit een beveiligde ladekast uit ons brein tevoorschijn toveren. Zo voelt het wel, maar zo werkt het niet. Beroep doen en vertrouwen op je herinneringen is uiterst dubieus en vertrouwen op je herinneringen over je emoties uit het verleden is zelfdeceptie.
Ons interne klimaat verandert zo vaak, voor een groot deel onbewust of onbedoeld, dat je eigenlijk niet eens van een normaal kunt spreken. Het is altijd normaal, op dit moment. Jezelf veel bezighouden met de toekomst is van weinig meerwaarde. Dat is zeker niet altijd het geval en ik begrijp dat het een ongenuanceerde uitspraak over een complex onderwerp is, maar dat neemt niet weg dat het in de context van dit stuk gepast is. Jezelf bezighouden met de toekomst is vooral een bezigheid voor mensen die hun geluk uit willen stellen tot een specifiek moment of gebeurtenis. Geluk toelaten zodra je meer geld verdient. Zodra je een andere partner hebt. Zodra je een groter huis kunt kopen. Om vervolgens ook dat grotere huis weer tot de rand te vullen met spullen die je niet nodig hebt en de muren op je af komen. Waar trek je de grens?
De grens zou al getrokken moeten worden bij de gedachte dat de toekomst altijd een verbeterde versie van het verleden zou moeten zijn. Met die instelling is het verleden namelijk altijd het raamwerk – de basis – voor de toekomst. Dat biedt minder (of geen) ruimte voor echte nieuwe kansen en mogelijkheden. Je kunt geen nieuwe kasten bouwen als je altijd dezelfde gebruiksaanwijzing bij de hand houdt. Het verleden kun je niet negeren of wissen, maar het is geen verplichting om er altijd op voort te borduren. Al je gedachten en ideeën over de toekomst kunnen dienen als algemene richtlijn, maar je geluk is voor een groot deel afhankelijk van je bereidheid om af te wijken van je initiële beeld van perfectie. Van je aanpassingsvermogen.
Kun je gelukkig zijn voordat er iets is gebeurd? Voordat je voldoet aan alle behoeftes die je hebt? Muziek die je wilt luisteren, mensen die je wilt omhelzen, reizen die je wilt maken, bedragen die je wilt verdienen? Kun je gelukkig zijn of moet je gelukkig worden gemaakt?
Niets van wat hierboven staat draagt uiteindelijk bij aan gelukkig worden. Het is een traject dat geen eind kent, waarbij je elke keer weer het gevoel krijgt dat je het snapt, om vervolgens met de onvoorspelbare aard van het leven geconfronteerd te worden. Geluk is dan ook een manier van leven. Een dagelijks aandachtspunt. Een boek dat nooit is uitgelezen. Dat kan overweldigend voelen. Alsof het je nooit kan lukken om echt gelukkig te zijn, maar dat klopt niet.
Kun je gelukkig zijn voordat er iets gebeurt? Waarbij ‘iets’ datgene is waarvan je vooraf denkt dat dat de laatste puzzelstuk is. Maar je kunt dus ook gelukkig zijn voordat je echt begrijpt wat je gelukkig maakt.
De zoektocht naar geluk is hetzelfde als de zoektocht naar God. De definitie is abstract. Het betekent niet voor iedereen hetzelfde. Maar de zoektocht is wat zingeving biedt. Het geeft je een reden om op te staan. Om door te gaan. Want misschien dat vandaag de dag is dat je weer net een stap dichterbij het antwoord komt.
Comments are closed.